spacer
Contact Fondslijst Deelnemers beurs 1998-2006 Archief Links

Piet Gerbrandy

gedicht

terug naar fondslijst

o home

 

Piet Gerbrandy, of Woorden als druipstenen

Al is Piet Gerbrandy een classicus, een klassiek dichter is hij niet. Zijn gekozen referentiekader is de vóór-klassieke tijd, een wildheid van gevoel, taal, grammatica en betekenissen. Een mannelijke wereld ook, een centraal subject, het ik dat zich verhoudt tot de wereld, de anderen als waarden die bestaan voor hemzelf.


De dichter is een personage in het oeuvre, dat dan een autobiografisch oeuvre genoemd wordt - en niets is minder waar. Gerbrandy is een dichter die zichzelf, een personage geworden, in zijn oeuvre plaatst. Wat zou kunnen, wordt verwoord - de verbeelding komt in de plaats van de feitelijkheid te staan. De wereld van de kunst is gemaakt. En ook de lezer dient in die wereld te blijven, dat zijn gemakzucht hem naar de wereld doet keren, mag hem zwaar aangerekend worden. De dichter verzet zich juist tégen de wereld, met haar praatjes, haar lucht en haar moeten - tegenover de dwang en de discipline stelt Gerbrandy de vrijheid van het woordgebruik, de vrijheid van de emoties, alles mag gezegd, er hoeft geen moreel oordeel geveld te worden.


Piet Gerbrandy neemt zich die vrijheid en zijn poëzie keert zich dan ook tegen wat Nederlandse poëzie vooral kenmerkt, een vlakheid, bij hem zijn er bergen, dalen, gemoedsuitbarstingen, scheldwoorden, rijke taal, verrassende woordverbindingen - veel zaken verbinden hem met H.H. ter Balkt.


Het aardse staat centraal, niet het stedelijke, zoals in de dominante poëzie, net zoals ook de emoties centraal staan - niet de emoties die ingesnoerd, gekunsteld en zwak zijn, maar de ruwheid, het ongebreidelde, het oneigentijdse en het ontoelaatbare worden uitgesproken, Seneca-gelijk. Gerbrandy maakt niet zozeer afgeronde verhalen, veeleer haalt hij zinnen bij elkaar (zinnen als uitsteeksels), die naast elkaar bestaan en 'iets' oproepen, dat gewelddadig kan zijn, zeker roekeloos en beschreven met woeste, mannelijke woorden - de 'poëtische bezieling' is hier een 'veraardsing'. Rubens, geen Mondriaan. Geen grisaille, kleur.


Het denken is niet klassiek, de dingen niet klaar en duidelijk van elkaar gescheiden, een waarheid bevat het positieve en het negatieve, de tegengestelden vormen samen een waarheid.


Wat is en blijft: een nooit gestild hunkeren en een weten dat alles vergaat.


 

html by Tankred
version 2.2 - © Druksel