Zo snel als een vlieger omhoog flakkert
en onder de wind duikt
zo vlug als golven over elkaar trekken
zoals water om een steen draait
zoals golven samen een front vormen
dat het strand niet haalt
zoals schuim als op de rand van de lippen
op het zand achterblijft
zoals lichten op boeien
nooit tegelijkertijd knipperen.
|